Een man is vrijgesproken van moord op zijn echtgenote, omdat hij het deed in zijn slaap.
De man beweerde dat hij leed aan een slaapstoornis genaamd slaapwandelen, waarbij hij handelingen uitvoerde tijdens zijn slaap zonder zich hiervan bewust te zijn. In dit geval beweerde hij dat hij zijn vrouw per ongeluk had gedood terwijl hij sliep.
Deskundigen getuigden tijdens het proces dat slaapwandelen een echte aandoening is en dat het mogelijk is dat de man inderdaad de moord heeft gepleegd terwijl hij sliep. Hierdoor besloot de rechter om de man vrij te spreken van moord.
De zaak werpt een interessant licht op de vraag in hoeverre iemand verantwoordelijk kan worden gehouden voor zijn daden als hij handelt in zijn slaap. Hoewel slaapwandelen zeldzaam is, laat deze zaak zien dat het een factor kan zijn in bepaalde misdrijven.