In Amerika moet je minimaal 18 jaar oud zijn om te mogen stemmen. Dit is vastgelegd in de Amerikaanse grondwet en geldt voor alle verkiezingen, zowel op nationaal als op lokaal niveau. Het idee achter deze leeftijdsgrens is dat op 18-jarige leeftijd de meeste mensen voldoende volwassen en geïnformeerd zijn om een weloverwogen keuze te maken tijdens verkiezingen.
Voor jongeren onder de 18 jaar zijn er echter ook mogelijkheden om betrokken te raken bij het politieke proces. Zo kunnen zij bijvoorbeeld vrijwilligerswerk doen voor politieke campagnes, petities ondertekenen of deelnemen aan jeugdparlementen. Op deze manier kunnen zij alvast ervaring opdoen en zich voorbereiden op het moment dat zij wel mogen stemmen.
Hoewel de leeftijdsgrens voor het stemmen in Amerika op 18 jaar ligt, is er de laatste jaren ook discussie geweest over het verlagen van deze leeftijd naar 16 jaar. Voorstanders van deze verlaging betogen dat jongeren op deze leeftijd al voldoende geïnformeerd en betrokken zijn bij maatschappelijke kwesties om een weloverwogen stem uit te brengen. Tegenstanders vrezen echter dat jongeren van 16 nog te jong en onervaren zijn om een goede keuze te maken tijdens verkiezingen.
Uiteindelijk blijft de leeftijdsgrens voor het stemmen in Amerika voorlopig nog op 18 jaar staan. Het is belangrijk dat jongeren zich blijven informeren over politieke kwesties en betrokken blijven bij het politieke proces, zodat zij op hun 18e verjaardag goed voorbereid zijn om hun stem uit te brengen.