De officiële naam voor het Nederlandse Brazilië, dat van 1630 tot 1654 een Nederlandse kolonie was, is Nederlands-Brazilië. Tijdens deze periode was het gebied in handen van de West-Indische Compagnie, een handelsmaatschappij die actief was in de Atlantische Oceaan en de Caraïben.
Nederlands-Brazilië was een belangrijke kolonie voor de Nederlanders, omdat het gebied rijk was aan natuurlijke hulpbronnen zoals suiker, tabak en goud. De Nederlanders bouwden forten en handelsposten langs de kust en begonnen met de productie van suikerriet op plantages.
De kolonisatie van Nederlands-Brazilië was echter niet zonder conflicten. De Nederlanders kwamen al snel in conflict met de Portugese kolonisten die al in het gebied woonden. Dit leidde tot verschillende oorlogen en opstanden tussen de twee groepen.
Uiteindelijk werd Nederlands-Brazilië in 1654 weer teruggegeven aan Portugal na een langdurige strijd. De Nederlanders trokken zich terug en de Portugese kolonisten namen weer de controle over het gebied.
Hoewel Nederlands-Brazilië slechts een korte periode heeft bestaan, heeft het een blijvende invloed gehad op de geschiedenis van Brazilië. De Nederlanders introduceerden nieuwe landbouwtechnieken en architectuur in het gebied, die nog steeds te zien zijn in de hedendaagse Braziliaanse cultuur.